In beeld: hippe hoekwoning met ruw kantje
Nieuwbouw halfopen, Reportages
Wie niet zoekt, die vindt. Vraag maar aan architecte Sarah Poot, wiens aandacht tijdens een fietstocht werd getrokken door een trapeziumvormig, braakliggend stuk grond op de hoek van een straat. Ze ontwierp er een gezinswoning met drie verdiepingen en twee dakterrassen voor. De grootste troeven zijn de ruwe, industriële look en massaal veel licht.
Industriële look
Op het eerste zicht lijk je wel naar een industrieel pand te kijken. De veelkleurige donkere geglazuurde bakstenen die het koppel in Duitsland kocht, dragen zeker bij aan die look, en ook de ramen in de voorgevel ogen industrieel. Ze zijn bovendien heel groot, zodat de zon zich maximaal kan laten zien en voelen in de namiddag. Gelukkig werken de kruinen van de bomen in de straat als natuurlijke zonwering. “We hebben voor guillotineramen gekozen, omdat we vinden dat die een mooie horizontale onderverdeling hebben. Een ander voordeel is dat je ze niet hoeft open te draaien en er zo geen onbruikbare ruimte ontstaat binnen.” Ook een aantal binnenmuren zijn voorzien van ramen, zoals de badkamer en de zithoek. Het doel van deze ingreep is wederom licht, licht en nog eens licht.
Diverse plafondhoogtes
Een andere opmerkelijke keuze was het breken met de conventie dat slaapkamers boven horen en woonruimtes beneden. “Door die volgorde om te draaien, hebben we het meeste licht in de woonkamer. Er is zelfs nog een derde verdieping met tv-ruimte die uitgeeft op een van onze dakterrassen. Op de donkere benedenverdieping is een carport en een bureauruimte, en op de eerste verdieping heb ik drie slaapkamers en de badkamer een plek gegeven.”
De tweede verdieping is bijzonder: de keuken, zithoek en eetruimte lopen naadloos in elkaar over en vormen dus één geheel. Toch hebben die eerste twee een lager plafond. “De eetruimte is anderhalf keer zo hoog als de rest. Dat heb ik gedaan om de ruimte optisch te vergroten.” Door het plafond hoger te maken, ontstaat er bovendien contact met de tv-ruimte erboven én met het dakterras. Dat de keuken en de zithoek een plafond op normale hoogte hebben, zorgt daar dan weer voor extra gezelligheid en intimiteit.
Ruwbouw = afbouw
Sarahs man Wouter heeft zijn eigen staalbedrijf ‘De Knock & Aerts’. Logisch dus, dat zij in haar plan een glansrol weglegde voor staal. Wouter maakte alle ramen, borstweringen, trapleuning – die bestaat uit pilaren die van de benedenverdieping helemaal tot boven reiken – en verlichtingsarmaturen zelf. De combinatie met het beton is heel geslaagd. “We kozen voor gepolierd beton als vloer en met planken bekist beton voor de plafonds. De lijnen die daardoor zijn ontstaan, geven de schuine lijnen van het perceel aan.” Al het beton is ter plaatste gestort, ook dat van de trap. “Met het beton hebben we onze woning een ruw karakter gegeven, we wilden immers geen clean huis.” De muren zijn gemetseld in handvormstenen. Enkel de scheidingsmuren zijn bepleisterd; alle andere zijn in zichtmetselwerk dat Sarah en haar man zelf in het wit schilderden.
Ontwerp Sarah Poot
Lees de volledige reportage in Ik ga bouwen nr. 431
Tekst Katrien Depoorter
Foto’s Luc Roymans
Tijdens een fietstocht ontdekte architecte Sarah Poot een braakliggend stuk grond op de hoek van een straat. Hoewel ze niet op zoek was naar bouwgrond, trokken de ideale oriëntatie en lichtinval meteen haar aandacht.
Veel mensen denken dat het huis een verbouwing is, maar het gaat wel degelijk om een nieuwbouw. Aan de overkant staat een industrieel pand, dat was de inspiratiebron voor Sarah, die de look van haar woning daaraan spiegelde.
Op de benedenverdieping bevinden zich een bureau en een carport.
Het perceel is trapeziumvormig. Dat maakt dat er naast de draaglijnen restruimtes overblijven, met een wat grillige vorm. Op de benedenverdieping maakte Sarah daar en inkomhal van.
Achteraan werd niet tot op de grens gebouwd. Door een stukje grond over te laten kon er een achtergevel met meerdere ramen worden gemaakt en dat zorgt ervoor dat deze hoekwoning toch heel veel licht binnen krijgt.
De slaapkamers en de badkamer zitten op de eerste verdieping. In heel het huis is slechts één houtsoort gebruikt: multiplex grenen.
De badkamer is compact maar bevat zowel een douche als bad, twee wastafels in Corian en een toilet. Een binnenraam, dat uitgeeft op de lichtrijke trapkoker, zorgt voor daglicht. Ramen naar buiten zijn er in deze ruimte immers niet.
De kleerkasten zijn in een schacht ingebouwd waarin ook de leidingen en ventilatiebuizen zijn weggewerkt.
Op de tweede verdieping lopen de eetruimte, de zithoek en de keuken in elkaar over. De eetruimte kreeg een plafond dat anderhalf keer zo hoog is als de rest. Dat versterkt het ruimtegevoel en bovendien ontstaat zo contact met de tv-ruimte op de derde verdieping en het dakterras.
De plafonds zijn gemaakt van bekist beton. De lijnen van de planken die daarvoor werden gebruikt, verwijzen naar de schuine lijnen van het perceel.
De zithoek oogt intiem en gezellig door zijn lager plafond. Achter het hout zit eveneens een schacht met leidingen. Het binnenraam geeft uit op de trapkoker, die zich aan de achterzijde van het huis bevindt.
Het huis wordt verwarmd met klassieke radiatoren. In de zithoek zorgt een houtkacheltje voor extra warmte.
Sommige gemetselde muren dienen als kolommen en zijn daarvoor dubbel gemetseld, dat is bijvoorbeeld het geval voor de muur waar het kinderbureautje tegenaan staat.
Door het plafond in de eetruimte anderhalf keer zo hoog te maken als een standaardplafond, wordt deze ruimte optisch groter. Alle armaturen in de woning zijn van staal en zijn gemaakt door Sarahs man Wouter die zijn eigen staalfirma heeft.
Vier materialen vormen de basis van het ontwerp: beton (plafonds en vloeren), multiplex grenen (voor al het schrijnwerk), staal (voor de verlichtingsarmaturen, de ramen en de balustrades) en Corian (voor de werkbladen in de keuken en de badkamer). Ze komen dan ook overal in huis terug.
Boven op de keuken, deels zichtbaar door de balustrade, bevindt zich een tweede salon: de tv-ruimte waar vooral de kinderen van genieten.
De trap is eveneens gemaakt in beton, alles werd ter plaatse gestort. In plaats van een klassieke trapleuning, maakte Sarahs man Wouter er één met stalen pilaren die van de benedenverdieping tot helemaal boven lopen.
De trapkoker is driehoekig en bevindt zich achteraan de woning, in een restruimte die net achter een van de draaglijnen ligt.
De tv-ruimte op de derde verdieping grenst aan het dakterras. Hier bestaat het plafond uit houten balken, zodat het kon worden gedragen door de ramen.
Nog een verdieping hoger is een met gras gezaaid dakterras, vanwaar je een mooi zicht op de stad Antwerpen hebt.
Je hoeft niet per se een tuin te hebben om buiten te kunnen. De twee dakterrassen zorgen ook voor een groene buitenomgeving, met daarbovenop een prachtig zicht op de stad.
Je hoeft niet per se een tuin te hebben om buiten te kunnen. De twee dakterrassen zorgen ook voor een groene buitenomgeving, met daarbovenop een prachtig zicht op de stad.